Over 'Onklare taal'

'Onklare taal' is de verzamelnaam van diverse tekstprojecten van mijn hand. Dit is de poëzieafdeling daarvan. Hier kan je zowel de laatste nieuwe gedichten als ook een selectie van oudere gedichten vinden. De weg een beetje kwijt? Deze link brengt je terug naar de homepage van 'Onklare taal'.

Overigens kan je hier gratis mijn poëziebundels downloaden in PDF-formaat: 'Epicentrum' (2012), 'Synaeresis' (2012), 'Subductie' (2013), 'Enceladus' (2015), 'Volterra' (2017), 'De snelheid van de duisternis' (2019) en 'Indiscrete wiskunde' (2021). Behalve 'Synaeresis', dat één verhalend gedicht is in twee delen, bevatten de anderen telkens een 30-tal geredigeerde en zorgvuldig geselecteerde gedichten, met duiding en een nieuwe indeling. In 2020 verscheen mijn debuutroman 'Fragmentariërs'. In 2023 bracht ik de opvolger 'Constellatie' uit.

zondag 26 september 2010

Naar een betere literatuur

Omdat ik nu ook niet wil bekend staan als iemand die alleen tekeer gaat met de sloophamer maar zelf voor niks positiefs staat, wil ik graag enkele voorstellen lanceren die ons zouden kunnen helpen om te komen tot een gezonder literair landschap in de Nederlanden, en vooral ook betere literatuur.

1. Ontwikkel het talent

Dit ligt zo voor de hand dat het een no-brainer zou moeten zijn. Naast opleidingen tot schilder, tekenaar, illustrator, danser of acteur is er gerust plaats voor een opleiding tot schrijver. Smaakt dat vies? Het spijt me, je hebt last van vooroordelen. Schrijven is een métier, net als gelijk welke andere kunst. Er bestaan weliswaar al cursussen rond creatief schrijven, maar een officiële opleiding kan een veel ruimer vormingskader bieden. Overigens is het niet alleen de kunst die kan profiteren van een dergelijke opleiding - voor commerciëler ingestelde mensen kan het ook een springplank zijn naar copywriting.

2. Indoctrineer onze kinderen

Ik besef dat "het onderwijs" altijd de pakezel van dienst is als er een bepaald probleem moet opgelost worden. Wat ik echter niet begrijp, is die hardnekkige en steeds sterker wordende focus op wetenschappen en wiskunde. Een persistent zeer van de arbeidsmarkt in België is dat vaardige handen uit pakweg Roemenië even goed - en aan lagere prijzen - een auto in elkaar kunnen zetten, maar ook in de kenniseconomie is de rest van de wereld aan een inhaalbeweging bezig. Ik verwijs maar naar het groeiende leger Chinese ingenieurs of Indische informatici. Talen en culturen zijn echter unieke gegevens waar mensen die er in opgegroeid zijn altijd een voordeel zullen hebben. Bovendien neemt België op dat vlak ook geopolitiek een unieke positie in. Jammer genoeg is men echter bang om lectuurlijsten "saai" of "verplichtend" te maken. Je zal misschien nooit een baksteen de geneugten van tapijt kunnen doen leren, maar laat leerlingen tenminste kennismaken met dat tapijt.

3. Erken de schrijver

Vanuit het buikgevoel klinkt een statuut voor kunstenaars als een vrijgeleide om op kosten van de staat te profiteren. Aan de andere kant kan je ook niet ontkennen dat een sterk kunstondersteunend beleid zoals in Zweden of IJsland niet alleen een hele resem indrukwekkende artiesten heeft voortgebracht, maar bovendien ook het merkimago van beide landen heeft verstevigd als creatief en eigenzinnig.

4. Eis kwaliteit

Waren de vorige drie punten zaken waar allerlei overheden en inrichtende machten bij betrokken moeten worden, is dit een zaak van schrijvers zelf. Eerder vermeldde ik dat België (of Vlaanderen, het is me gelijk) op het brandpunt ligt van verschillende culturen, en stevig verankerd zit in de geschiedenis van Europa. Maar onze literatuur blijkt niet diezelfde spankracht te hebben. Men klaagt soms dat Nederlandstalige literatuur in het buitenland een saai, kleurloos imago heeft, maar hoe komt dat? Omdat veel literatuur van bij ons saai en kleurloos is. En als ze dat niet is, dan is ze doorgaans wel erg navelstaarderig. Ik pleit kortom voor meer ambitie, meer verhalen met aanzuigkracht en spankracht, meer verbeelding en ook - vooral - beter geschreven literatuur.

5. Breek de ego's

Doordat er geen toonaangevende literaire stroming (meer) is, is elke schrijver een stroming op zich geworden. En als er één groep artiesten is die behoort tot de verwaandste mensen op de wereld, is het wel die van de schrijvers. Ik heb niet zo'n klare kijk op Nederland, maar in Vlaanderen zijn schrijvers altijd ontzettend lief voor elkaar, omdat een aanval op elkaars werk in principe ook geldt als een aanval op de persoonlijkheid. Als er al een schermutseling uitbreekt, is dat vooral omdat Nederlanders er zich mee gaan moeien. Ik mis polemiek. Ik mis discussie over wat goede literatuur nu precies is of moet zijn.

6. Begraaf de uitgevers

Het is niet dat er in de Nederlanden schandalig veel geld verdiend wordt met literatuur, en uitgeverijen zijn geen liefdadigheidsinstellingen. In het al erg kleine literaire veld zijn zij echter de reuzen, en naarmate ze slinken in aantal, groeit hun macht (doorgaans is dat trouwens een teken aan de wand van een markt die over zijn hoogtepunt is en op instorten staat). Maar kan het internet niet betekenen voor schrijvers wat het ook betekende voor erg veel muzikanten? Er zullen altijd bibliofielen zijn die graag een boek ter hand nemen, maar lezen op een scherm wordt als steeds normaler ervaren. De internetrevolutie in literatuur is zeker al goed gestart, maar kan nog harder en ingrijpender worden.

7. Verwen de lezer

Literatuur zal allicht nooit meer de maatschappelijk meest relevante kunstvorm worden - die rol wordt reeds uitstekend gespeeld door muziek en film. Maar een schrijver hoeft zich niet vast te klampen aan dat excentrieke, semi-alcoholische fratsenimago, noch aan een imago van afstandelijke en elitaire ascese. Bands drukken regelmatig hun appreciatie uit voor hun fans, of laten speciale edities van hun platen maken voor verzamelaars. Er zijn erg veel video's op internet die mensen beter leren gitaar spelen, dansen of zingen. Ik zie niet in waarom een schrijver zich op een afstand zou moeten houden.

Deze tekst is niet eindig, en niet af. Er komt een moment dat ik er nog eens naar teruggrijp om hem te polijsten, of misschien zelfs een ogenblik dat ik hem zal verwerpen. Het is action-painting in woord. En ik hoop dat hij op zijn minst reactie zal teweeg brengen, ook al is het een inwendig grimas, want onverschilligheid is uiteindelijk de dood van alles wat moet leven.

vrijdag 29 januari 2010

Overspannen snaren

Van alle artiesten moet het meest miskende type ongetwijfeld wel de schrijver zijn. Dat stinkt naar zelfbeklag en is het ook. Men zou ook kunnen denken dat ik ervan geniet uitgebreid de masochist uit te hangen en me te wentelen in een misbegrepen genie, en dat mag men gerust. Het doet geen afbreuk aan de waarheid.

De miskenning begint al op de plek waar alle miskenden met elkaar bekend zijn: op café. Elke debiel die drie akkoorden kan spelen, kan zich uitgeven als muzikant zonder dat daar vragen bij gesteld worden. Jezelf voorstellen als schrijver klinkt echter onmetelijk pretentieus, en mag je in principe alleen maar zeggen als je al ergens in de boekhandel verkrijgbaar bent. Een beeldhouwer echter, dat kan men al zijn door drolvormige mensenfiguren uit steen te kappen en met gestaalde torso te staan zwoegen boven het volgende meesterwerk, geëxposeerd of niet. En elke enthousiasteling met een coltrui kan zich probleemloos uitgeven voor fotograaf.

De achterliggende idee is waarschijnlijk dat men om muziek te spelen iets moet kunnen dat de meeste mensen niet kunnen, terwijl, tja, iedereen kan schrijven. Bovendien doet een schilder ongewone dingen, zoals urenlang met diverse penselen en verfsoorten peinzend voor een doek staan, terwijl iedereen wel al eens een tekstverwerker gebruikt heeft. Schrijven en lezen zijn ook maar weinig sociaal. Je kan hooguit op een lezing komen kijken hoe een auteur daar staat te staan in het voetlicht, en als die auteur niet stomdronken is, een baret draagt of niet het uiterlijk heeft van iemand die de diepste afvoerputten van Parijs heeft gesmaakt, dan is dat al bij al bekeken maar een saaie piet die z'n eigen huisvlijt meegebracht heeft.

Die clichévoorstellingen trekken zich zelfs door tot het onderwijs. Aan kunstinstellingen in Vlaanderen kan men vanalles volgen. Er zijn hogere opleidingen in muziek, dans, film, tekenen, schilderen, fotografie en beeldhouwen. Maar schrijven - nee, echt goed schrijven, dat kan je niet leren. Dat moet je gewoon kunnen. Waar dat onnozele platonische idee vandaan komt, weet ik niet, maar het is alleszins volledig achterhaald. En het wordt niet in het minst in stand gehouden door de benepen schrijvertjes zelf, die hun methodes doorgaans dermate mystefiëren dat het lijkt alsof je moet zitten wachten op een muze om door je vingers te kanaliseren.

En toch is taal zo belangrijk. Het is niet met zijn schilderijen dat Hitler aan de macht kwam. Bob Dylan was zonder zijn teksten nooit een icoon van een generatie geworden, en het Vrijheidsstandbeeld verklaarde zelf niet de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten. Taal is overal, net als lucht. Precies daarom lijkt ze vanzelfsprekend en nauwelijks de moeite om de aandacht op te vestigen. Maar het sculpteren uit die lucht vergt moeite. Het design van die ijle, vanzelfsprekende woorden is geen willekeurig proces. Dat die designers doorgaans onaangename windbuilen zijn, zal ik zeker niet ontkennen. Maar wij hebben niet minder het recht idioten te zijn dan slechtgekapte dronkaards die een gitaar in de juiste richting kunnen vasthouden, en we verdienen niet minder respect dan iemand die jarenlang getraind heeft om vol trots een tutu en turnpantoffels te dragen. Trakteer me op café op een stevige vodka, en ik trakteer je op een knuffel.